Expeditie Malawi 2014

In oktober vertrek ik voor 15 dagen met 11 leerlingen uit TVWO4 naar het warme hart van Afrika: Malawi. We gaan hier onze handen uit de mouwen steken voor verschillende projecten van Worldmapping, een organisatie de het mogelijk maakt dat jongeren tussen de 15 en 18 jaar ontwikkelingswerk kunnen doen.
Niet alleen voor de leerlingen een spannende reis, maar ook zeker voor mij! Met de Dominicaanse Republiek als meest exotische bestemming, is Malawi toch andere koek. Lees vanaf nu hoe de voorbereidingen gaan en terwijl we daar zijn mijn reisverslagen!

Tiwonana!

JufdeBoer

woensdag 29 oktober 2014

Ode aan Austin

Ode aan Austin
 
 
Lieve Austin, slechts weken was ik in jouw land Malawi
Slechts uren was ik in jouw dorp
Slechts minuten was je in mijn leven
 
Ik kwam je tegen op weg naar Mawa
In de armen van je mama
Met je tweelingbroertje op haar rug
 
Je mama vroeg mij jou te dragen
Samen doorkruisten we het rode stof
Zingend en lachend over kleine paadjes
 
Je bent pas een paar maanden oud
En door de ogen van een Azungu voor het leven getekend
Met HIV besmet, en nauwelijks geld om van te leven
 
Maar lieve Austin, ik wil je dit nog zo graag zeggen
Je groeit op in een prachtig en bijzonder land
Een land dat voor altijd bij me zal blijven
 
Een land waar extreme armoede is, maar ook heel veel liefde
Waar familie belangrijker is dan eigendom
Met trotse mensen, blije kinderen en een prachtige natuur
 
Een land waar wij, de Azungus, nog wat van kunnen leren
Waar Moslim en Christen hand in hand gaan
Met een rotsvast geloof en vertrouwen in de toekomst, hoe kort soms ook
 
Nu ben ik thuis, en knuffel ik mijn meisje
Ik zing dezelfde liedjes en kus haar zachtjes op haar haar
Ook al kon ik jou en je broertje geen rijkdom geven, weet dat je mij een rijker mens hebt gemaakt
 
Lieve Austin, slechts weken was ik in jouw Malawi
Slechts uren in jouw dorp
Slechts minuten was je in mijn leven
Maar voor altijd in mijn hart.
 
 
 
 

dinsdag 28 oktober 2014

Throwback Tuesday: Cape MacWonderful!

Ik zit hier achter mijn bureau op school. Gewoon weer in Ede, gewoon weer op school. De e-mails stromen binnen, er wordt weer van alles van me verwacht. Maar ergens ben ik er nog niet helemaal bij. Een deel van mij is nog in Afrika, in Malawi, bij onze groep. Mijn gedachten gaan terug naar onze laatste dagen daar.

Na ons bezoek  bij St Lukes hospital vertrekken we richting Cape Maclear. We kijken er met zijn allen naar uit en de rit van meer dan 4 uur doet ons nog meer verlangen naar het 'beloofde land' zoals we dat in het busje gekscherend noemden.
En dan, eindelijk, zien we tussen de bergen door het azuurblauwe water. We komen aan bij Ecoview Lodge en zijn in het paradijs. De palmbomen wuiven, de bloemen geuren. Het witte uitgestrekte strand en het heldere water brengen ons in een totaal ander Malawi. Opeens is het vakantie. We zetten de tentjes op in het gras (halleluja, de haringen gaan zowaar de grond in). We bestellen een ijskoude cola en vleien ons op de ligbedjes en zachte kussen in de banken. De leerlingen spelen bawo, lopen een stukje over het strand, of schrijven een stukje in hun dagboek.

Gelukkig is iedereen weer gezond en kan iedereen ook genieten van deze welverdiende rust. Helaas is het eten wel enigszins hetzelfde als de afgelopen dagen. Rijst en ei blijven onveranderd de toppositie van onze eetlijst aanvoeren. Het verlangen naar vlees en vers fruit begint te groeien, net zoals mijn persoonlijk verlangen naar chocola, sushi, colaflesjes, bruin brood en verse kaas:-)Oja, een echt espresso natuurlijk. En mozzarella, en had ik chocola al genoemd?
De eerste ochtend maken we een fantastische boottocht over het meer. We genieten van het uitzicht, van de eilandjes, en van de visarenden die op onze lokroepen afkomen.
's Middags is er tijd voor souvenirs inslaan. Zodra we het terrein van Ecoview verlaten staan verschillende verkopers klaar met hun koopwaar. Vooral houtsnijwerk, armbandjes en stoffen. De leerlingen geven hier hun laatste Kwacha's uit om hun dierbaren thuis een beetje van deze wereld te laten zien. Zelf ga ik in de buurt op zoek naar WiFi, om mijn blogs alsnog te kunnen posten. Ik kom terecht bij de Gecko lounge, wat een onwerkelijk stukje West-Europa is in vergelijking met de weg er naar toe. Ik passeer de inmiddels welbekende modderhutjes met rieten daken, ik ruik de geur van verbrand vuilnis en zodra ik de poort van de Gecko open sta ik aan een bar die net zo goed in Zuid-Spanje of Griekenland had kunnen staan. Het contrast kon niet groter.
Gelukkig kan ik aan deze bar een aantal MB's internet kopen en met het uitzicht op het prachtige meer zet ik met een noodvaart al mijn blogs online. Gelukkig is er nog een beetje internet over om de meer dan 800 gemiste whatsappjes binnen te halen. Fijn, even contact met thuis. Saskia en ik lopen lachend terug naar Ecoview, we passeren de hutjes, we ruiken de brandlucht, maar zijn blij dat we even die wereld in konden stappen die Westerse luxe heet.

's Avonds zitten we met zijn allen om het kampvuur op het strand. We evalueren de reis. De leerlingen zijn open en eerlijk. Ik luister met trots als Hans zegt dat hij verliefd is geworden op het land, en ik glimlach als ik Niels hoor zeggen dat hij het zo naar zijn zin had op Mawa. Ik knik als Fabian toegeeft nu wel echt klaar te zijn met het eten hier en moet even slikken als ik me realiseer dat onze leerlingen echt een fantastische ervaring rijker zijn. We sluiten het kampvuur af met muziek en dans. Aicha en Timothy, onze lokale expeditieleiders geven ons een aandenken, een ketting met een houten hartje. We kletsen nog wat en gaan lekker slapen.
De volgende dag vertrekken we op tijd naar onze laatste bestemming: Mabuya Camp in Lilongwe. Een rit van meer dan 5 uur. Van het platteland naar de hoofdstad, door bergen, over landweggetjes naar asfalt en billboards langs de weg. De drukte van de stad is niet te bevatten na zoveel dagen in de armste gebieden van Malawi. We rijden in de file naar het hostel dat midden in de stad ligt. We kijken onze ogen uit. We zetten voor de laatste keer onze tentjes op. De leerlingen duiken het zwembad in, we gaan weer op tijd slapen. De dag erna maken we de lange reis terug naar huis. We zijn er aan toe. Onze hoofden zitten vol met indrukken, het is mooi geweest.

donderdag 23 oktober 2014

Project Yodep


Dag 9, 10 en 11: 19, 20 en 21 oktober

De dag begint met een typische Christelijke kerkdienst in Liwonde. Mannen en vrouwen gescheiden, veel zang en bijbellezingen en uiteraard een collecte. De leerlingen vinden dit op zich wel ok, ware het niet dat de dienst om 7 uur begint. Met slaap in onze ogen horen we een preek over de ‘ongelovigen’ die ‘spiritually dead’ zijn, verder gaat het vooral over geld. Ieder lid van deze gemeente moet elke week 10% van zijn of haar weekloon doneren aan de kerk. Dit is in Malawi heel gebruikelijk. De voorganger leest vervolgens een lijst voor met bedragen die iedereen zou moeten doneren uiteindelijk en ook of dit gelukt is of niet. Het ‘Onze Vader’ na dit ‘namen en shamen’ vond ik behoorlijk ongepast.

Na het bezoek aan de kerk gingen we weer terug naar Pakachere voor een lunch  en een prachtige wandeling door het Zomba Plateau gebergte. Burgers Bush in het echt zeg maar. Veel apen en rode mieren (auw), en werkelijk prachtige watervallen. Isaac, onze gids verteld ons van alles over de geïmporteerde bomen uit Canada en de prachtige Kachere boom. Hij vertelt ons welke besjes we kunnen eten en laat ons heerlijk uitrusten bij het water. Daar ga ik in Nederland dus geen 20 euro meer voor betalen: ‘I’ve seen the real thing.’.

We vertrekken de volgende dag naar ons volgende project: Yodep. Yodep staat voor: Youth Development for Productivity. De vrijwilligers bij dit project zetten zich vooral in voor de jeugd en de ouderen. Zo zijn ze actief in de lokale dorpjes voor die mensen die nog niet, of niet meer voor zichzelf kunnen zorgen. Yodep is een project wat al wat meer van de grond is gekomen dan Mawa, ons eerste project. De vrijwilligers komen allemaal uit Zomba, en spreken goed Engels. Ze zijn toegewijd en enthousiast over hun projecten. De omstandigheden zijn net zo primitief als in Mawa. Tentjes op steen, gaten in de grond die dienen als toilet, en geen elektriciteit. We zijn er al vroeg en het programma begint eigenlijk pas ’s middags, maar we willen graag de handen uit de mouwen steken en stellen voor meteen wat te doen. We gaan naar een akkertje waar een huis gebouwd moet worden voor een 15 jarige jongen die wees is. Hij heeft verder geen familie en moet zijn eigen boontjes doppen. Het enige wat hij heeft is een paar vierkante meter akker waarop hij zijn eigen eten kan verbouwen. Het huis wordt direct naast de akker gebouwd. De bakstenen liggen een paar meter verderop en moeten dus verplaatst worden. We maken samen met de vrijwilligers een ‘human chain’, om zo efficiënt mogelijk te werken. Het is gek om te bedenken dat onze hele groep uit 15 jarigen bestaat en dat ze dit voor een leeftijdsgenoot doen.

In de middag gaan we in groepjes uiteen. 2 groepen gaan verder met het huis. Meer bakstenen verplaatsen en een fundering graven. Een andere groep heeft voor een jonge vrouw met twee kinderen een dak vervangen. Ik zelf was mee naar ‘children’s corner’, een soort van BSO voor kinderen tussen de 10 en 15 jaar. De bedoeling van deze middagen zijn het vermaken van de jeugd, maar deze ook uitdagen om een beetje uit hun ‘comfortzone’ te komen. Zo dansen we en zingen we liedjes waarbij de kinderen om beurten in het midden van de kring moeten staan om een opdracht uit te voeren. Ze leren dan indirect wat meer in de spotlight te staan, wat ze niet gemakkelijk vinden. Verder moeten ze wat denkspelletjes doen en worden zo ook wat meer mentaal uitgedaagd. Ik vond het weer heerlijk om tussen de kinderen te zijn en met ze te spelen.

De avond valt weer vroeg in Malawi, zoals elke avond gaan we direct na het eten slapen. Het is hier om 18.00 pikkedonker en op het project is er ook geen licht. Iedereen kruipt weer snel zijn tentje in. Er is over het naar bed gaan nog geen onvertogen woord gevallen. Iedereen is moe en leeft inmiddels in het ritme van de Malawianen, tussen 19.00 en 5.00 ligt iedereen te slapen en wanneer het licht wordt begint de dag en staat iedereen op. De nachten op Yodep worden trouwens verstoord door huilende (of lachende) hyena’s. Dat is weer eens wat anders dan nijlpaarden.

De volgende dag gaan we ’s ochtends weer in dorpjes aan de slag. Vandaag ga ik met een groepje naar het huis van een bejaarde man die net zijn vrouw verloren heeft. Hij woont in een klein hutje waarvan de vloer opnieuw aangesmeerd moet worden. Dit doen we met water en zand. We halen water in emmers bij de dorpsput, en graven zand op de akker. Dat mengen we op de vloer in het huisje (wat slechts 3 vierkante meter is), en smeren we met onze handen uit. Smerig, maar wel heel bijzonder dat we deze man mochten ontmoeten en dat onze klus meteen resultaat had. Hij kon diezelfde middag zijn huisje weer in en was voor 2 maanden uit de zorgen. Zijn buurvrouw konden we daarna ook nog helpen met haar vloer. Zij was ook alleen en had alleen zonen die allemaal werkten en woonden in de stad. De andere groepen hebben geholpen bij het bouwen van een toilet en bij het graven van een vuilnisput.

’s Middags is er een voetbaltoernooi tussen de vrijwilligers en onze leerlingen. Iedereen is super fanatiek en Saskia en ik kijken vanaf de toe. De Nederlanders, team FC Diarree, winnen. We krijgen een geldbedrag, wat we direct terug doneren aan Yodep. We duimen dat deze Kwacha’s op de goede plek terecht komen.

Ik merk dat de kinderen op het terrein van Yodep inmiddels gewend zijn aan de Azungus, de blanken. Ze zijn vrij opdringerig en willen eigenlijk maar 1 ding: wat jij hebt. Dat is af en toe een beetje overweldigend. Dat hebben we zelf gecreëerd door hier in Malawi te komen met ons geld en onze spullen. Deze kinderen hebben niets, zijn bijna allemaal ziek, hebben geen kleren, geen eten en vaak geen ouders. Ze moeten vechten om te overleven en ik, als rijke blanke, stoor me dan aan hun opdringerigheid. Wat een rare wereld.

De dag erop vertrekken we weer bij Yodep, maar niet zonder de gebruikelijke dankwoorden, en volksliederen. We gaan vanochtend op bezoek bij St Lukes hospital. Suzan, een Nederlandse coassistente geeft een presentatie en een rondleiding door het ziekenhuis. Eigenlijk heel triest allemaal. Geen ambulances, dus zie maar dat je er komt, niet genoeg bloed, niet genoeg bedden, niet genoeg artsen, niet genoeg medicijnen. De patiënten op de afdelingen worden door hun eigen familie verzorgd. De verpleegkundigen zijn er alleen voor de medische handelingen. Achter het ziekenhuis zijn dan ook ruimtes waar die familieleden het eten koken en de was doen. Het grootste probleem is Malaria en HIV in Malawi. Alhoewel hiervoor genoeg medicatie is, komt lang niet iedereen naar het ziekenhuis, of slikken ze de pillen niet. Er zijn ook veel spookverhalen onder de lokale bevolking. Zo zou je dood gaan als je zuurstof toegediend krijgt, dus weigeren de meeste patiënten met een longontsteking dit, ook de ouders van kleine kinderen, met als gevolg de dood.

Wat een dagen weer, wat een belevenissen. Ik wel erg blij dat er nu een einde is gekomen aan het gebrek aan hygiëne. We hebben de projecten als echt bikkels doorstaan, maar ben wel heel blij dat er nu een einde aan is gekomen. Straks eindelijk weer douchen en naar een normale wc. Doordat we primitief moesten leven gingen we helemaal op in de lokale bevolking, maar het is nu echt genoeg geweest. We vertrekken vandaag naar Cape MacClear. Het pareltje van Malawi. Een resort, weliswaar in onze tentjes, aan Lake Malawi. We hebben het verdiend en kijken uit naar 2 heerlijke dagen relaxen.

Bushmeat and toiletseat


Dag 7 en 8: 17 en 18 oktober

Bij aankomst in Liwonde bij kamp Majasi zijn we blij met de rust die we krijgen. Het hostel ligt direct aan de grootste rivier van Malawi. Het territorium van verschillend krokodillen, en duizenden nijlpaarden. Franc, de eigenaar van Majasi legt ons uit dat het regelmatig voorkomt dat er ’s avonds een nijlpaard de tuin in wandelt. Ik luister vol ongeloof. Een nijlpaard is nou niet direct het minst gevaarlijke dier van Malawi. Maar Franc legt uit dat deze nijlpaarden gewend zijn aan mensen, toch is het zeker niet de bedoeling dat we naar het nijlpaard toelopen of tussen hem en het water gaan staan. De krokodillen zullen wel in het water blijven. En dat is toch niet de geruststelling die je dan nodig hebt. Het idee dat je ’s nachts door de tuin naar 1 van de leerlingen moet en dat je dan oog in oog staat met een nijlpaard is niet te bevatten. Uiteindelijk zal het alleen blijven bij het voortdurende gepiep en geblaas van alle nijlpaarden die voorbij zwemmen.

Helaas zijn er veel leerlingen ziek, er heerst een flinke buikloop en dat zorgt er voor dat we wat meer rust nemen. We sturen de leerlingen wat vaker en eerder naar bed. Zelf ontspring ik de dans ook niet. De eerste nacht hier is een drama, zonder verder in detail te treden. In de ochtend besluit ik niet mee te gaan met de bootsafari.  Ik moet nu bijslapen en rust nemen. Dat werkt  en in de middag ben ik wel in staat om met de jeepsafari mee te gaan. We rijden met Franc naar Liwonde National Park en we zien al gauw de eerste dieren. Babboons, waterbuck, Sable Impalas, en we worden enorm beloond met een kleine kudde olifanten, alleen vrouwtjes en baby’s. Op het moment dat we de dieren spotten, schiet Franc van de weg af en rijden we op de dieren af, zodat we soms op slechts meters afstand foto’s kunnen maken.  Franc legt uit dat er heel veel dieren gestroopt worden in Liwonde: ‘If you don’t have any food, you poach in Liwonde’. Bushmeat is dus ook buiten het park makkelijk te krijgen. Vooral neushoorns en olifanten moeten het vergelden.

Franc legt ’s avonds een koe op de BBQ en we sluiten de dag af met een smaakvolle maaltijd.

En weer heel veel wc-bezoekjes.

De nacht is weer niet best. De leerlingen zijn gelukkig wel steeds een beetje beter. Ik ben blij dat we morgen nog wel een dag rust hebben, voordat we weer naar een project gaan, waar er geen water of elektriciteit is.

Ik blijf me bij alles wat we meemaken steeds maar verbazen over de leerlingen die mee zijn. Flexibel, goed gehumeurd, en erg hecht. Er is geen groepjesvorming en daardoor hebben we allemaal steun aan elkaar. Er is ruimte voor grappen, eeuwige gesprekken over elkaars poep en ook voor tranen, als die komen. Malawi brengt veel teweeg en we zijn ontzettend dankbaar dat we dat samen mogen beleven.

Morgen gaan we weer terug naar Pakachere, wat nu toch wel een beetje ons ‘thuis’ is. Opladen voor nog meer bijzondere ervaringen.

 

The tree, the tree, the tree is on fire...


Dag 6: Vrijdag 17 oktober

Vannacht was er weer een ander avontuur. Stel je voor: een vreselijke harde storm. De geur van verbrand hout en heel veel wc-bezoekjes. Zodra we op bed lagen begon het vreselijk te waaien. Iedereen had moeite om de slaap te vatten nu de tenten heen en weer geschud werden. Ik loop naar de wc en op de terugweg zie ik dat een bosbrand, die al een tijdje gaande was nu wel heel dichtbij is. Het as vliegt om ons heen en daartussen zitten ook brandende vuurdeeltjes. We maken de manager van Pakachere wakker en bespreken de situatie met haar. Zij vindt het ook dichtbij. We besluiten om alle leerlingen uit hun tent te halen en binnen te laten slapen. Iedereen werkt geweldig mee. Binnen enkele minuten liggen alle leerlingen heerlijk te slapen in het hostel. Wij slapen met zijn drieën op de grond in de eetzaal.  Nou ja, slapen was lastig. De stroom ging aan en uit, en de lampen dus ook. De muggen zoemen om ons heen en om 4.00 uur begint de minaret van de dichtbij gelegen moskee. Kort daarna wordt het licht. De tenten staan nog, bedekt onder asdeeltjes, maar wat een opluchting dat we zo snel gehandeld hebben en dat onze leerlingen zo flexibel zijn.

De ochtend staat in het teken maag en darmklachten. Meer dan de helft van de groep heeft last van diarree.  Duidelijk een bacteriële infectie die we in Mawa hebben opgelopen. 2  leerlingen hebben ook koorts, vandaag maar even rustig aan en eventueel later op dag naar een dokter. Ik ben zelf ook niet zo lekker vanochtend, maar had ook niet anders verwacht. Beter nu dan straks op het volgende project. Veel cola, bouillon en thee dan maar. Gedeelde smart is halve smart in deze groep. We steunen elkaar, letten op elkaar en komen hier samen wel door heen.

We gaan straks op pad naar Liwonde National Park, voor een dagje van rust aan het zwembad. Hopelijk kunnen we dan morgen weer allemaal fit op safari!

Onbeschrijvelijk Mawa


Dag 3, 4 en 5: 14, 15 en 16 oktober

Ik weet denk ik niet de juiste woorden te vinden om te omschrijven wat we op ons eerste project hebben meegemaakt. Het is niet te bevatten en heeft ons allemaal diep geraakt.

We zijn 3 dagen gast geweest bij Mawa, een projectgroep opgezet om de minder bedeelden op het platteland in de omgeving van Zomba. In dit project ondersteunen verschillende supportgroepen de lokale bevolking. Dit op het gebied van educatie en kinderopvang, en verschillende vormen van hulp aan ouderen en gehandicapten.

We reden weg vanuit ons backpackers hostel Pakachere en onderweg zagen we al dat steeds meer de stad en geasfalteerde wegen achter ons lieten en over hobbelige zandpaden terecht kwamen in een landschap van akkers , heuvels en hutjes. Mawa heeft haar onderkomen in een stenen gebouw op een lege zandvlakte. Daar aangekomen moesten we eerst onze tenten opzetten.  Direct stroomt de lokale bevolking toe. Lokale vrijwilligers helpen ons met de tenten en de kinderen uit de omliggende 20 dorpen stromen toe om ons te aanschouwen. Ze roepen steeds Azungu, wat blanke betekent. De aandacht is overweldigend, het is heel vreemd om ineens zo’n attractie te zijn.

Na een korte introductie door de projectleider ter plaatse worden er 2 groepen gemaakt. De ene groep gaat met wat lokale vrijwilligers naar een dorpje verderop om hout te hakken voor een oude dame van 87 jaar. Het hout gebruikt ze voornamelijk om te koken. De jongeren moeten met een grote hakbijl hout splijten en een boom omhakken. De andere groep gaat met wat vrouwen van de supportgroep iemand helpen met het handwassen van kleding. In de middag gaat de ene groep naar Bwalo, een project voor de opvang van straatkinderen. Een shelter voor jongens tussen de 10 en 15 jaar die daar een jaar opvang hebben en in dat jaar gaan ze naar school, krijgen ze coaching in life skills en vooral veel sportactiviteiten. Op dit moment wonen er 6 jongens. De leerlingen helpen met het schoonmaken van de vloeren en daarna rijden we met de straatkinderen naar een voetbalveldje verderop voor een wedstrijd.  De groep die achterblijft graaft een diepe afvalpunt voor een oude vrouw met een gebroken been. ‘

De tweede dag zit hetzelfde in elkaar. Deze dag bestaat vooral uit zwaar lichamelijk werk.  ’s Ochtends gaat er 1 groep in een dorp mais stampen voor een bewoonster en de andere groep ploegt een akker om.  ’s Middags gaat de andere groep naar Bwalo om daar kennis te maken met de straatkinderen en de groep die daar al geweest is helpt bij het vernieuwen van het dak van een klein basisschooltje in een dorp. Dat schooltje is een klein stenen gebouwtje met een rieten dak. In de muren staan de getallen, de maanden en wat andere woorden om te leren gekrast. Het vernieuwen van het dak betekent zoveel als het verwijderen van dorre riet, het halen van rietbalen in een dorp verderop en deze op je hoofd (!) en deze op het vernieuwde plastic gooien. Tussen de dorpen was het een paar kilometer lopen. Na het rietdekken lopen we naar de akker van de supportgroep om daar de geplante groenten water te geven. Het water geven doen we met volle zware gieters.

Op dag drie hebben we nog 1 activiteit. Er gaat een groep een vloer van modder aanleggen in een hutje en de andere groep gaat weer een dak vernieuwen in een ander dorp.

Na deze activiteit pakken we onze spullen weer in (de tenten hebben we ’s ochtends om 6.00 al opgebroken) en nemen we afscheid door speeches over en weer. We worden bedankt met zang en dans. We rijden naar Malindi Secondary School. We worden verwelkomt door een groep leerlingen met een liedje, en na de rondleiding en lunch leren we door middel van presentaties over ons land en cultuur elkaar beter kennen en begrijpen. We leren Malawiaanse liedjes en dansen met elkaar in de grote zaal. Na het afscheid rijden we terug naar Pakachere.

Dat zijn de feiten, de activiteiten, de programma onderdelen.

Maar wat lastig te verwoorden is wat het met je doet als mens. Als rijke blanke tussen de armste mensen van de wereld. De bijna onbegrijpelijke blijheid van de kinderen, de onvoorwaardelijke toewijding van de community. De realisatie dat je zucht en puft om die zware gieter terwijl alle vrouwen van de supportgroep die daar meehelpen HIV positief zijn. Het totalen gebrek aan hygiëne en hoe, gek genoeg, dat er niet meer toe doet. De inefficiëntie van sommige werkzaamheden en je beseffen dat dat de enige manier is die ze kennen. Het feit dat een leeg waterflesje voor ons afval is en voor de lokale bevolking een gebruiksartikel dat je dus niet weggooit. Die schaterlach van die baby die ik draag van een dorp naar een consultatiebureau onder een boom bij Mawa voor het weeg en meet moment, omdat de moeder zijn tweelingbroertje op haar rug heeft en wat hulp kan gebruiken. De kleine irritatie die je voelt opkomen bij het duizendste ‘Azungu’.
 

Terug bij Pakachere, na een eerste douche na 3 dagen, een normaal toiletbezoek en schone kleren, heb ik behoefte aan thuis. Even een stem die me weer terugbrengt in jullie wereld. Ik hoop dat ik met foto’s kan laten begrijpen hoe dit was. Ik neem het mee. Ik leer. Ik weet dat ik dit waarschijnlijk nooit meer ga zien. Ik koester.

maandag 13 oktober 2014

Een andere wereld

Wat een reis, wat een andere wereld! Na meer dan 28 uur reizen kwamen we gisteren aan in Pakachere in Zomba. Zoveel vliegvelden en uren later is iedereen op Blantyre airport maar met 1 ding bezig: zijn de tassen er ook? En ja, ze zijn er alle 13. Wat een fantastisch gevoel.

We ontmoetten onze lokale expeditieleiders, Timothy en Aisha en onze regiocoordinator Jan op het vliegveld. We gingen in minibusjes richting Zomba. Op papier een half uur rijden. Haha.
We mogen bij een lokaal supermarktje wat te eten halen en ook wat cola. Hier voel ik voor het eerst dat we de rijke blanken zijn. Het voelt ongemakkelijk om een berg met lokale Kwacha uit je portomonnee te trekken om af te rekenen. Kindjes zwerven om ons heen en vragen om onze lege waterflesjes.

Een 'bumpy' ride naar het backpackers hostel volgt. We kunnen nu echt de omgeving goed zien. Wat een hoop mensen op de been. De straten zijn voor de handel. De natuur is prachtig. Veel bergen en groen. En heel veel rode zandwegen. Bruggetjes kraken. We stoppen ineens. Beetje benzine bijvullen voor de heuvel in de verte. Iedereen kijkt naar ons. De chauffeur en Timothy zeggen bijna iedereen gedag onderweg.

Bij Pakachere belandden we in een prachtig tropische tuin. Palmbomen en bloemen. De eerste opdracht valt even rauw op onze verreiste hoofden: tenten opzetten. Het is 35 graden en het zweet druipt van ons af. Maar... de tenten stonden snel. 18.00 uur pikdonker. Eten en naar bed.

Vandaag hebben we een citytour gedaan in Zomba. We lopen er heen en moeten verschillende opdrachten uitvoeren. Het is druk op de straten. Iedereen wil ons wat verkopen of wat aan ons vragen. Maar we voelen ons veilig. 's middags na onze eerste lokale lunch: rijst met ei, moeten we de ingredienten kopen voor ons avondeten. Nkuru (kip) is het eerste wat we kopen. We zoeken een lekkere dikke uit en Niels tilt haar, aait haarv(want levend), er ontstaat al een echte band. Verder moeten we op zoek naar sla, komkommers en olie.

In de kookles van Mike spelen de kippen de hoofdrol. Met de nadruk op hoofd. Maar liefst 3 leerlingen slachten de kippen. Wat een akelig gezicht, maar voor hier absoluut normaal. We snijden de groenten en koken de kip. Chicken curry wordt het samen met nzima, een maispap, die we van Aisha met de handen moeten eten. Met een heerlijke watermeloen sluiten we de maaltijd af.

Het gaat goed met ons. Er zijn wat leerlingen met maag en darmklachten en wat heimwee. Maar de sfeer is open en gezellig. We zijn verwonderd, verbaasd, geschokt, nieuwsgierig.
De jongens spelen Bawo. De meiden kijken toe. We kletsen nog wat. Het is 20.00 uur. Bedtijd.

Morgen gaan we naar Mawa. Dan is het even back to basic. Geen water, geen electriciteit. Geen blog.

We zitten in een andere wereld. Maar jeetje, wie maakt dit nou mee.

zaterdag 11 oktober 2014

This one's for me

Een korte laatste blog vanuit Nederland. Mijn strot zit dicht en mijn ogen lopen vol. Ik vind het vreselijk om mijn schatjes te moeten missen. Ik weet dat ze het heerlijk gaan hebben hier, maar de afstand tussen ons straks snijdt door mijn hart.

Ik probeer mezelf te vertellen waarom ik dit ook weer doe. Misschien helpt het.
Ik ga mee omdat ik deze kans misschien wel nooit meer krijg.
Ik ga mee omdat ik enorm veel voldoening haal uit het helpen van anderen.
Ik ga mee omdat ik mijn dochter wil laten zien dat het leven uit meer bestaat dan alleen spullen.
Ik ga mee omdat ik mijn leerlingen wil laten zien dat er meer is tussen Dubai en New York.
Ik ga mee omdat ik op deze reis niets anders dan mezelf kan zijn.
Ik ga mee omdat ik niet alleen mama, vrouw van of collega ben.


Met hoop, verwachtingen en angsten stap ik straks in het vliegtuig. Dit wordt de reis van mijn leven, for sure.

This one's for me.

woensdag 8 oktober 2014

Inpakken en.....opnieuw inpakken.

2 dagen voor vertrek. Tijd om alle verzamelde spullen op zijn minst bij elkaar te leggen en , nog beter, al een plekje te geven in de rugzak. Probleem 1: die rugzak is dus te klein. Sowieso. Dat ziet iedereen.
Dat defensie het redt met deze minimale middelen is een wonder.

Probleem 2: wat moet ik aan? Normaal al een issue, nu een 'iceberg ahead'. Niet alleen moet ik nadenken over een comfortabele set in het vliegtuig (toch zo'n klein etmaal in de lucht), maar ook over de nachten (want koud, of niet), de avonden (beestjes, veel), de projecten (wat mag ik weggooien? Hallo Primark!), de safari (camouflage?) en het strand (bikini?, eh.. nee.). Daarnaast zijn er natuurlijk kledingvoorschriften. Geen blote knieën en schouders. Dag hemdjes en korte broeken, welkom t-shirts en lange broeken. Alhoewel, op de projecten moeten de vrouwen een rok dragen, uit respect voor het geloof. Al mijn 'rokken' (lees: kittige King Louie jurkjes) vallen af in de categorieën respect en geloof en temperatuur, dus dat is lastig. Dan maar in Zomba op zoek.
De stapel in mijn slaapkamer groeit, ik kan dus niet kiezen. Ik wil natuurlijk niets vergeten.
En dan heb ik het nog niet eens over probleem 3: mijn toch altijd wat uitgebreide toilettas(sen). Aangezien 90% van mijn toilettas vol zit met pillen, wetties, deet en desinfecterende gel, blijft er bijzonder weinig ruimte over voor de rest. 'Downsizen' is de oplossing. Gelukkig heeft de Kruidvat nog een aardige collectie 'mini's'. Mijn 'beautycase' is nog maar een klein etuitje met een basisvoorraad make-up. Helemaal back to basic is geen optie. Dus.
Terug naar het inpakken. Handbagage is belangrijker dan ruimbagage, want de kans dat mijn rugzak (die te klein is, dat ziet iedereen) in Addis Ababa op safari gaat is meer dan reëel. Eigenlijk moet alles dus in mijn handbagage. Of een samenvatting van alles. Van alles 1, of een halve, of een kwart.
Maar mijn handbagage zit al praktisch vol met een EHBO tas, een laptop, een camera, een boek en alle papieren. Dat past dus niet, dat snapt iedereen.
Ik zet mijn hulplijn in. Mijn man (lees: militair met uitzendervaring) zal zo wel weer met een praktische oplossing komen: minder meenemen.